
Het kabinet heeft verschillende alternatieven bekeken voor de geplande btw-verhoging op cultuur, media en sport. Dit onderzoek volgde op een verzoek van het parlement om alternatieve inkomstenbronnen te vinden zonder deze sectoren extra te belasten. Staatssecretaris Van Oostenbruggen heeft hierover een brief aan de Tweede Kamer gestuurd.
Mogelijke alternatieven
Er zijn verschillende opties binnen het btw-stelsel verkend:
- Afschaffen van bepaalde verlaagde btw-tarieven – Dit zou het belastingstelsel vereenvoudigen, maar kan negatieve gevolgen hebben voor ondernemers en consumenten in de getroffen sectoren.
- Verhoging van het verlaagde btw-tarief (nu 9%) – Dit zou een stap kunnen zijn richting een uniform btw-tarief, maar zou alledaagse uitgaven, zoals boodschappen, duurder maken.
- Verhoging van het algemene btw-tarief (nu 21%) – Ondanks dat dit een optie is, heeft de Tweede Kamer eerder aangegeven dit niet te willen.
- Gefaseerde invoering van een uniform btw-tarief – Hierbij zou het verlaagde tarief verhoogd worden voor alle producten behalve voedingsmiddelen. Dit kan echter pas vanaf 2027 worden ingevoerd vanwege noodzakelijke aanpassingen aan het btw-systeem.
Belang voor ondernemers
Voor ondernemers is het essentieel om tijdig op de hoogte te zijn van veranderingen in de btw-regelgeving. Afhankelijk van de uiteindelijke keuze van het parlement, kunnen bedrijven zich voorbereiden op prijsaanpassingen, administratieve wijzigingen en de impact op hun winstgevendheid.
Vervolgstappen
Het parlement zal een definitieve keuze moeten maken over de alternatieve dekking. Dit moet op korte termijn gebeuren om duidelijkheid te scheppen voor ondernemers, consumenten en de Belastingdienst. Het streven is om wetswijzigingen uiterlijk 1 juli 2025 vast te leggen, zodat deze per 1 januari 2026 van kracht worden.
Wilt u weten wat deze wijzigingen betekenen voor uw onderneming? Ons administratiekantoor helpt u graag met advies en begeleiding. Neem gerust contact met ons op voor persoonlijk advies!